MAG JE PVV, FN, VB… NOG EXTREEMRECHTS NOEMEN ?

Zaterdag 21 mei boog de Nederlandse krant NRC Handelsblad zich over de vraag welk etiket je kan/moet plakken op partijen als de FPÖ, het FN, de PVV… De Standaard deed gisteren, zaterdag 28 mei, die vraag over, met grotendeels een zelfde overzichtstabel als bij de Nederlandse collega’s maar verder een eigen invulling. Wat onthouden we eruit, en wat denken wij erover?

Foto v.l.n.r:: Heinz-Christian Strache (FPÖ), Marine Le Pen (FN), Geert Wilders (PVV), Matteo Salvini (Lega Nord), Marcel De Graaff (PVV, anders dan de anderen geen partijvoorzitter maar slechts Europarlementslid) en Tom Van Grieken (VB).

Het artikel uit NRC Handelsblad werd op sociale media gedeeld door Sam Van Rooy en andere Vlaams Belang’ers om aan te geven dat Geert Wilders niet ‘extreemrechts’ is. Politicoloog Cas Mudde twijfelt niet aan de stempel ‘rechts’ ondanks Wilders’ verschuiving naar links op sociaal-economische thema’s. “Die zijn bij hem altijd ondergeschikt geweest”, zegt Cas Mudde. Mudde wil Geert Wilders’ PVV echter niet ‘extreemrechts’ noemen “omdat extreemrechtse partijen anti-democratisch zijn”. De PVV is dan wel geen democratische partij (het etiket ‘PVV’ mag slechts gebruikt worden zolang betrokkene in de gratie staat van Geert Wilders als enige lid van de PVV, nvdr.) maar de PVV is voorstander van de parlementaire democratie.

NRC Handelsblad vervolgt: “Ook schuwt hij het geweld waar extreemrechtse partijen, zoals Gouden Dageraad in Griekenland, juist toe aanzetten.” Nou moe, als je Gouden Dageraad slechts als ‘extreemrechts’ benoemt, dan is de PVV inderdaad niet extreemrechts. Maar wij, en wij niet alleen, omschrijven Gouden Dageraad als een ‘neonazistische’ partij. Bijgevolg kan je de PVV dan wél als extreemrechts omschrijven. Binnen het spectrum van Nederlandse politieke partijen die zich vinden in de parlementaire democratie is de PVV toch de meest rechtse partij. Neem ook maar in rekening hoe PVV-aanhangers dezer dagen de Nederlandse televisiepresentatrice van Surinaamse afkomst Sylvana Simons beschimpen.

Voorts zijn etiketten ook een kwestie van taalgevoeligheid. Cas Mudde: “In het Engels vatten we extreemrechts en radicaal-rechts samen onder de noemer far right. Maar uiterst rechts is in het Duits en Frans een rare term, en is ook in Nederland niet aangeslagen. In de Verenigde Staten noemen we partijen die xenofobisch nationalisme als kernideologie hebben nativistisch, maar dat woord kennen we in het Nederlands eigenlijk niet. Ik zou de PVV als wetenschapper kunnen omschrijven als populist authoritarian nativist, maar dat bekt niet heel lekker. De voornaamste reden dat we radical right gebruiken is misschien omdat het niet alleen in de academische discussies werkt, maar ook in het publieke debat.”

Over naar de Vlaamse pers. Marc Reynebeau vraagt of de Nederlanders de PVV niet als ‘extreemrechts’ willen bestempelen “omdat ze zich te keurig achten om te erkennen dat ook hun land niet immuun voor extremisme is?” “Dat laatste zou kunnen”, antwoordt de Leuvense politicoloog Bart Maddens. “Een partij die in peilingen de grootste van het land is en al een minderheidsregering gedoogde, ‘extreem’ noemen, is bijna masochistisch.” We kunnen begrijpen dat men zichzelf niet graag vereenzelvigd met extreemrechts, maar de realiteit heeft ook haar rechten. Wij hebben niet doorgestudeerd op politicologie, maar ons lijkt het toch een evidentie dat je politieke partijen met elkaar vergelijkt op basis van hun politieke standpunten, en als dan een extreemrechtse partij véél stemmen krijgt, is dat te betreuren maar is dat toch nog altijd een extreemrechtse partij.

Moeten wij ook de N-VA als extreemrechts bestempelen? Sommigen doen dat (Jan Blommaert al lang, Dirk Jacobs toen Bart De Wever de Conventie van Genève ter discussie stelde…) maar zover gaan wij niet. Inzake racisme, hoe relatief dat ook is voor de N-VA, zien we toch nog niet hetzelfde standpunt als bij de VB. Inzake meer allochtonen bij de politie bijvoorbeeld staan N-VA en VB diametraal tegenover elkaar. Wél zien we meer en meer de N-VA standpunten en retorische trucs overnemen van het VB (cartoon in het Nieuw-Vlaams Magazine, standpunt over het uitkeren van werkloosheidsvergoedingen door de vakbond). Recent: hoe Antwerps gemeenteraadslid Leyla Aydemir armoedestudies wegzette of Gents parlementslid Peter Dedecker die zich afvroeg of een perfect Nederlands sprekende man van Turkse afkomst hier wel thuishoort.

Wat ons niets vooruit helpt is de term ‘populistisch’. Als populisme betekent de (vermeende) stem van het volk te vertolken, zien we de PVDA enerzijds en VB/N-VA anderzijds een heel andere ‘stem van het volk’ vertegenwoordigen. Bart De Wever horen waarschuwen dat sommige toestanden “alleen in de kaart spelen van populistische partijen” is lachwekkend als we zien hoe vaak Bart De Wever zich beroept op “de grondstroom bij de Vlaamse bevolking”. Populisme is een zaak van stijl en strategie, meer dan van ideologie.

Tot slot: de groupuscules. Wij omschrijven het Nieuw-Solidaristisch Alternatief (N-SA) als extreemrechts en de Autonome Nationalisten als neonazistisch. Die eersten hebben zich nog niet laten betrappen op idolatrie voor Adolf Hitler zoals die tweeden al meermaals. Maar het N-SA evenzeer als het VB ‘extreemrechts’? Met Jan De Beule (N-SA-voorzitter én VB-partijraadslid tot aan de electorale nederlaag in 2014) spreken we toch ook over één en dezelfde figuur. Anderzijds herkent de N-SA zich graag in Gouden Dageraad, en het VB niet…

Al die etiketten. Er is maar één zaak te onthouden: van de Autonome Nationalisten tot de N-VA: ze moeten bestreden worden (wat niet betekent dat we het noodzakelijk eens zijn met Open VLD, CD&V enz., gisteren nam schrijver dezes nog deel aan een actie tegen de Turteltaks).